Plan: | Nieuw-Mathenesse |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0606.BP0024-0002 |
Hoewel het plangebied nu bekend staat als Nieuw-Mathenesse, is het aandeel van deze historische polder in het plangebied in oppervlak eigenlijk zeer klein. Het plangebied omvat (delen van) de polders Nieuw-Mathenesse (A), Oost Frankeland (B), Galgoord (C) en De Keilen (D) (zie afbeelding 2). De geschiedenis van de polders in het plangebied begint in de veertiende eeuw. Nieuw-Mathenesse werd rond 1350 ingepolderd ten zuiden van de toenmalige zeedijk (nu Rotterdamsedijk). Rond 1340 en 1390 werd de Schieloop gekanaliseerd. In 1390 werd de zandplaat De Noort aangekocht van de heer van Mathenesse en doorgraven. Met deze aanpassingen ontstond de Buitenhaven. Sinds 1394 behoorde het stuk grond aan weerszijden van de Buitenhaven tot de stadsvrijheid van Schiedam.
Het plangebied bleef tot in de negentiende eeuw grotendeels onbebouwd. Op de stadsplattegrond van Rutger van Bol'es uit 1770 is alleen wat bebouwing zichtbaar langs de Rotterdamsedijk en het begin van de Buitenhavenweg. De Buitenhavenweg zelf is met bomen beplant. Ten oosten van het Havenhoofd was in de tweede helft van de achttiende eeuw een steenfabriek aanwezig. In het plangebied liepen diverse zee- en zomerdijken, die de polders scheidden. Het dijklichaam tussen Oost Frankeland en Nieuw-Mathenesse stond bekend als de Groenedijk. Deze dijk was voorzien van een duiker, waar de Nieuwe Mathenesserpolder door kon afwateren in de shaven. Deze landschappelijke structuren zouden tot aan de grootschalige ingrepen in het gebied in de twintigste eeuw bepalend blijven.
Afbeelding 2 - Oude Polders Afbeelding 3 - Gezicht op Schiedam vanaf de Buitenhavenweg, ca. 1855
In de negentiende eeuw neemt de ontwikkeling van het gebied Oost Frankeland een vlucht met de bouw van industriële complexen. Het gebied behoorde tot 1867 tot de zelfstandige gemeente Mathenesse, maar de nieuwe industriële zone was duidelijk georiënteerd op Schiedam. Het aantal gebouwen langs de Buitenhavenweg neemt in het tweede en derde kwart van de negentiende eeuw snel toe. In 1869 is er een vrijwel aaneengesloten gevelwand ontstaan van de afrol van de Rotterdamsedijk tot aan de Bakkershaven. Het betreft vooral aan de jeneverproductie gerelateerde industrie, zoals branderijen, pakhuizen en glasfabrieken, maar ook enkele zaagmolens. In 1854 vestigde de glas- of flessenfabriek Van Deventer zich aan de Buitenhavenweg en in 1897 de glasfabriek De Schie. In 1853 vestigde zich de Stoompelmolen 'De Rijsthalm' aan de Buitenhavenweg. Rond 1850 werd ten noorden van de Bakkershaven een aantal arbeidershuisjes gebouwd aan twee straten (Bakkershaven en Bakkersstraat). In 1854 werd ten zuiden van de Bakkershaven sociale woningbouw gepleegd. Het complex van 58 arbeiderswoningen, het 'Nieuwsticht' genaamd, werd in 1858 nog eens uitgebreid met 40 woningen. In het zuidelijk deel van het plangebied, het voormalige Galgoord, werd in 1835 de Scheepswerf de Nijverheid gevestigd. Deze Scheepswerf bleef tot 1884 in bedrijf. Iets ten noorden van De Nijverheid lag tussen 1864 en 1931 de kaarsenfabriek Apollo.
In de twintigste eeuw vindt schaalvergroting plaats langs de Buitenhavenweg. In 1910 vestigt distilleerderij de Koninklijke De Kuyper B.V. zich aan de Buitenhavenweg, ter plaatse van de uit bedrijf genomen stoompelmolen 'De Rijsthalm'. Ook het complex van de Glasfabriek De Schie, dat nauw was gelieerd aan De Kuyper groeit exponentieel. In 1913 wordt het complex belangrijk uitgebreid. Beide glasfabrieken werden in de jaren twintig ingelijfd bij de Vereenigde Glasfabrieken N.V.. In het zuidelijk deel van het plangebied wordt in 1905 de scheepswerf en machinefabriek Gusto opgericht. Het fabriekscomplex komt ten oosten van de kaarsenfabriek te liggen aan de Maasdijk. Tegenover het fabriekscomplex wordt door woningbouwvereniging De Eendracht voor de arbeiders van Gusto een woonwijkje opgericht.
Afbeelding 4 - Historische ontwikkeling Nieuw-Mathenesse
In 1921 wordt de grens tussen de gemeente Rotterdam en Schiedam opnieuw getrokken. Aanleiding vormt de expansie van de Rotterdamse havens. De Merwehaven vormt de nieuwe grens en wordt tussen 1923 en 1930 aangelegd. In 1940 wordt de gemeentegrens nog eens gecorrigeerd, waarmee de directe verbinding met de Merwehaven verloren gaat.
In de naoorlogse periode wordt het totale gebied ingericht als industriegebied. De voormalige Groenedijk wordt afgegraven, en verlegd en omgevormd tot de Nieuw-Mathenesserstraat. De Van Cleeffstraat en Van Deventerstraat worden nieuw aangelegd. Dit gebied ten oosten van de voormalige Groenedijk was tot die tijd onbebouwd gebleven, maar werd toen volop in ontwikkeling genomen. Langs de nieuwe industriewegen werden in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw diverse bedrijfscomplexen gebouwd, waaronder de bottelarij van Coca Cola. In deze periode groeide ook de Vereenigde Glasfabrieken N.V. door. In 1940 was een nieuw kantoor gebouwd met zeer bijzondere interieurelementen en in de naoorlogse periode werden de bedrijfsgebouwen belangrijk uitgebreid.
Na de jaren zeventig volgen er nog enkele grootschalige ingrepen. Gusto sluit zijn deuren in 1978. In de jaren tachtig volgde de sloop van de gebouwen ten bate van een nieuw industriegebied. Het gebied werd geheel opnieuw ingericht, zodat het huidige wegenpatroon niet tot een historische structuur behoort. In deze periode worden ook de woningen aan de Bakkershaven/Bakkersstraat, het Nieuwsticht en De Eendracht gesloopt, waarna het plangebied voornamelijk als werkgebied in gebruik wordt genomen. In de jaren tachtig en negentig worden langs de Buitenhavenweg enkele grote, moderne complexen gebouwd, waaronder een opslag voor Nolet Distillery.