Plan: |
Nieuw-Mathenesse |
Status: |
vastgesteld |
Plantype: |
bestemmingsplan |
IMRO-idn: |
NL.IMRO.0606.BP0024-0002 |
Artikel 17 Algemene aanduidingsregels
17.1 Geluidzone
-
a. Binnen de 'Geluidzone' is nieuwbouw ten behoeve van de uitbreiding van het aantal woningen en de nieuwvestiging van geluidgevoelige objecten niet toegelaten, tenzij voor het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan hiervoor een omgevingsvergunning is verleend.
-
b. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door het geheel of gedeeltelijk verwijderen van de aanduiding 'Geluidzone', voor zover een wijziging van de bij een industrieterrein behorende geluidzone als bedoeld in de Wet geluidhinder daartoe aanleiding geeft.
17.2 Gezoneerd industrieterrein
17.3 Veiligheidszone - bevi
-
a. Binnen de 'Veiligheidszone - bevi' is de bouw of uitbreiding van (beperkt) kwetsbare objecten niet toegelaten, tenzij de uitbreiding niet ziet op een toename van het aantal in het gebouw verblijvende personen.
-
b. Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde onder a voor het bouwen van beperkt kwetsbare objecten, voor zover deze zijn toegelaten op grond van de regels van de bestemming(en) waarmee de aanduiding 'Veiligheidszone - bevi' samenvalt, mits:
-
1. sprake is van gewichtige redenen;
-
2. dit gepaard gaat mrt een verantwoording van het groepsrisico wordt;
-
3. dit in overeenstemming is met de Visie Externe Veiligheid;
-
4. vooraf advies wordt ingewonnen bij de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond.
-
c. Aan de afwijking kunnen uit het oogpunt van externe veiligheid in ieder geval voorwaarden worden verbonden met betrekking tot:
-
1. de brandwerendheid en explosiebestendigheid van constructies en gevels;
-
2. de brand- en rookontwikkeling van materialen;
-
3. de luchtdichtheid van constructies en gevels;
-
4. de afsluitbaarheid van ventilatiesystemen;
-
5. de oppervlakte, explosiebestendigheid en het splinterwerend uitvoeren van glas en/of beglazing;
-
6. de bereikbaarheid voor hulpverleningsdiensten;
-
7. het hebben van voldoende van de risicobron afgerichte vluchtmogelijkheden;
-
8. de ontruimingstijd van bouwwerken.
-
d. Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen door het verwijderen van de aanduiding 'Veiligheidszone - bevi' in verband met het beëindigen van het gebruik van de gronden en opstallen ten behoeve van de ter plekke aanwezige inrichting welke valt onder de werking van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
17.4 Veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen [A en B]
-
a. Binnen de 'Veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen A' en de 'Veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen B' is de bouw van nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten niet toegelaten.
-
b. Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde onder a voor de bouw van nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten binnen de 'Veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen B', mits:
-
1. het gebouwen betreft met een groot maatschappelijk of economisch belang;
-
2. de gebouwen toegelaten zijn op grond van de regels van de bestemmingen waarmee de aanduiding 'Veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen B' samenvalt, en;
-
3. vooraf advies wordt ingewonnen bij de Veiligheidsregio Rotterdam Rijnmond.
-
c. Aan de afwijking kunnen uit het oogpunt van externe veiligheid in ieder geval voorwaarden worden verbonden met betrekking tot:
-
1. de brandwerendheid en explosiebestendigheid van constructies en gevels;
-
2. de brand- en rookontwikkeling van materialen;
-
3. de luchtdichtheid van constructies en gevels;
-
4. de afsluitbaarheid van ventilatiesystemen;
-
5. de oppervlakte, explosiebestendigheid en het splinterwerend uitvoeren van glas en/of beglazing;
-
6. de bereikbaarheid voor hulpverleningsdiensten;
-
7. het hebben van voldoende van de risicobron afgerichte vluchtmogelijkheden;
-
8. de ontruimingstijd van bouwwerken.
-
d. Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen door het geheel of gedeeltelijk verwijderen van de aanduiding 'Veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen' voor zover een verandering in de externe veiligheidsnormering- en waardering daartoe aanleiding geeft.